In de Trouw van afgelopen zaterdag een scherp stuk van Pierre Diederen, leraar natuurkunde, over het geklaag van schoolbesturen over geldgebrek en de gevolgen daarvan, zoals grote klassen, slecht onderhoud aan de gebouwen en geen salarisverhoging voor de leraren. Maar, stelt Diederen vast, die besturen hebben geld zat. Hun reserves zijn de afgelopen jaren alleen maar gegroeid. “Honderden miljoenen staan op de spaarrekeningen van de besturen,” kijk maar op hoerijkismijnschoolbestuur.nl (overigens met informatie tot en met 2011). Waarom wordt het gepikt, vraagt Diederen zich af “dat belastinggeld dat bedoeld is voor het werk in de klas, landt op de spaarrekening van het bestuur? Kennelijk zijn onderwijsmensen gedweeë types die goed luisteren en doen wat er gevraagd werd. Slikken wat van boven komt en de ellende afwentelen op de lagere echelons.” Zo wordt de leerling het kind van de rekening, met een vermoeide leraar in een muf lokaal. Dit mag iedereen zich aantrekken, vindt Diederen, van bestuurder tot ouder. Tijd om – in het belang van de kinderen – met de vuist op tafel te slaan. Goed dat Trouw dit stuk afdrukt, zelfs met die slaande vuist erin. Maar is het niet aan de krant om deze kwestie eens tot de bodem uit te zoeken? Waarom hebben die besturen zulke vette spaarvarkens? Er is geen reden aan te nemen dat er sprake is van persoonlijk belang. De schoolbesturen bestaan voor zover we kunnen vaststellen uit competente, integere, verantwoord opererende professionals, die vast een goede reden hebben om een flink bedrag achter de hand te houden. Maar welke reden dat is, onttrekt zich vooralsnog aan onze waarneming.
Geef een reactie