The Imitation Game is een prima film, daar niet van. Knap gespeeld door met name Benedict Cumberbatch, Keira Knightley en Mark Strong; fraai geënsceneerd in de klassieke Engelse stijl; actie en spanning in overvloed. Het gaat over het decoderen van Duitse militaire informatie in de Tweede Wereldoorlog. Het baanbrekende werk van de geniale, maar sociaal wat onhandige wiskundige Alan Turing heeft – zegt men – de oorlog met zeker twee jaar bekort, wat ook nog eens naar schatting 14 miljoen mensenlevens scheelde. Meer dan genoeg verhaalstof voor een tiendelige tv-serie, laat staan voor één speelfilm. En dat is precies het probleem. Omdat er maar twee uur tijd is, wordt de kern van het verhaal – het ontsleutelen van de Duitse Enigma-Geheimsprache – gedegradeerd tot een ondergeschikt verhaalelement. Iemand roept ‘Heil Hitler’, Turing rent naar zijn machine, en het volgende moment is de oorlog zo ongeveer voorbij. Daarvóór hebben we al een flinke tijd met verbijstering naar een soort mysterieuze, rechtopstaande flipperkast zitten staren, met slangen, snoeren, almaar ronddraaiende letterschijven en steeds wanhopiger wordende decodeerders. Dat had allemaal best wat beter uitgelegd mogen worden. Maar dan. Het Enigma-plot is nog meer de helft van het verhaal. Turing is namelijk ook nog eens homoseksueel. Het heeft nauwelijks iets met dat decoderen te maken, maar het is wel een persoonlijk drama van de eerste orde, in de omstandigheden van die tijd. Het draait zelfs uit op zelfmoord van de hoofdpersoon. Op zich ook alweer genoeg stof voor een complete avondvoorstelling. Tja, en dan wordt het dringen in het scenario. Voor de rest een prima film, daar niet van.
Geef een reactie