Athene wordt algemeen beschouwd als de bakermat van de democratie. Geen wonder dat democratische, of zichzelf zo noemende wereldleiders zich graag laten fotograferen voor het Parthenon. Gek genoeg waren de Griekse filosofen helemaal niet zo dol op democratie. Socrates bijvoorbeeld komt in het werk van zijn leerling Plato naar voren als iemand die uiterst pessimistisch is over dat hele democratische gedoe. In een dialoog met een van zijn studenten vergelijkt Socrates het landsbestuur met een schip. Hij vraagt de student: als je met een schip de zee op gaat, wie heb je dan het liefst aan het roer – zo maar iemand, of een ervaren stuurman? De laatste natuurlijk, zegt de leerling. Socrates: maar waarom zou je het besturen van het land dan overlaten aan amateurs? Goed kiezen is een vaardigheid, niet iets wat je doet op intuïtie. Burgers moet hier systematisch in geschoold worden. Mensen zonder opleiding laten kiezen is net zo riskant als hen een schip door een storm naar Samos laten loodsen. Socrates kende de onbekwaamheid van de doorsnee burger uit eigen ervaring. Toen hij voor het gerecht stond op beschuldiging van het verpesten van de Atheense jeugd, bepaalde een Atheense jury, bestaande uit vijfhonderd burgers, met een minieme meerderheid dat Socrates schuldig was. Zijn zelfexecutie door de gifbeker is voor het denkende deel der mensheid net zo traumatisch als de kruisiging van Christus voor de christenen. Voor alle duidelijkheid: Socrates was niet voor een oligarchie, een elitair systeem waarin een paar wijsneuzen het voor het zeggen hebben. Wel vond hij dat alleen diegenen mochten meepraten en meebeslissen die zich grondig in de betreffende zaak verdiept hadden. Dat verschil tussen een intellectuele democratie en een democratie op basis van geboorterecht, zijn wij uit het oog verloren. Bij ons mag iedereen stemmen, zonder dat er een relatie met wijsheid wordt gelegd. Socrates wist precies waar dat toe leidde, en wat hij als geen ander vreesde: demagogie. Athene had daar genoeg mee te stellen gehad. Alkibiades bijvoorbeeld. Een charmante kletsmajoor die de massa’s aan zijn kant kreeg en Athene de vernieling in hielp met een waanzinnige militaire operatie. Socrates begreep hoe dol de massa is op simpele oplossingen. Hij vertelde over een verkiezing met twee kandidaten. De ene is arts, de andere snoepverkoper. De snoepverkoper zegt: deze man doet je pijn, geeft je bittere pillen en verbiedt je te eten en te drinken wat je lekker vindt. Hij zal je nooit leuke dingen geven. Ik wel. Socrates vraagt zijn publiek: denken jullie dat de arts met de juiste reactie komt? Hij moet natuurlijk zeggen: ik doe jullie pijn, om jullie uiteindelijk te helpen. Maar dat zal een golf van verontwaardiging onder de kiezers tot gevolg hebben. Wij zijn de lessen van Socrates vergeten en passen democratie toe zonder de scholing die daar eigenlijk bij hoort. Zo hebben we al heel wat snoepverkopers gekozen. En bijzonder weinig dokters.
Bron: Open Culture
Recentelijk wordt het Westen pijnlijk geconfronteerd met het gelijk van Socrates. Demagogie en ongeremd kapitalisme ondermijnen de fundamenten van onze samenleving. Mijn vraagstuk; welke revolutie is het gevolg?