Bob Dylan had geen tijd om de prijs op te halen, en stuurde zijn vriendin Patty Smith. Die verslikte zich aandoenlijk in A Hard Rain’s a-Gonna Fall. Zijn speech had Dylan op papier gezet en werd tijdens het banket voorgelezen door de Amerikaanse ambassadeur in Zweden, Azita Raji. “Goedenavond allemaal. Ik was onderweg toen ik dit verrassende nieuws hoorde en ik had meer dan een paar minuten nodig om het tot me te laten doordringen. Ik moest denken aan Shakespeare, de literaire grootheid. Ik stelde me voor dat hij zichzelf vooral als een toneelschrijver beschouwde. Het idee dat hij literatuur schreef, zal nooit in hem opgekomen zijn. Zijn teksten waren geschreven voor het podium. Bedoeld om gesproken te worden, niet gelezen. Ik weet zeker dat hij aan allerlei dingen dacht toen hij Hamlet schreef. Wie zijn de beste acteurs voor deze rollen? Hoe moet het geënsceneerd worden? Moet ik het echt in Denemarken situeren? Natuurlijk had hij zijn creatieve visie en ambities. Maar er waren ook veel praktische dingen die geregeld moesten worden. Komen we uit de kosten? Zijn er genoeg goede plaatsen voor de geldschieters? Hoe kom ik in godsnaam aan een menselijke schedel? Het laatste waar Shakespeare zich waarschijnlijk druk om maakte, was de vraag: is dit literatuur? Net als Shakespeare houd ik mij vooral bezig met het najagen van mijn creatieve ambities en met de dagelijkse, praktische zaken van het leven. Wie zijn de beste muzikanten voor dit liedje? Heb ik de juiste studio gekozen? Heeft deze song de goede toonsoort? Sommige dingen veranderen niet, ook niet in vierhonderd jaar. Nooit heb ik me afgevraagd: zijn mijn liedjes literatuur? Daarom dank aan de Zweedse Academie, ten eerste voor de tijd die ze heeft genomen om over die vraag na te denken en ten tweede voor het geven van zo’n wonderlijk mooi antwoord.”
Geef een reactie