In zijn essaybundel Known and Strange Things staat een mailconversatie van Teju Cole met zijn in Sarajevo geboren collega Aleksandar Hemon. Het gaat onder meer over fictie en non-fictie. Cole hekelt de strikte scheiding tussen beide. “Het is totaal niet natuurlijk om onder woorden gebrachte ervaringen op die manier op te splitsen. We gaan in een museum toch ook niet op zoek naar fictieve of non-fictieve schilderijen?” Zo is het ook volstrekt niet relevant je af te vragen in hoeverre de film Moonlight ‘waargebeurd’ is of niet. Zeker, de regisseur Barry Jenkins schrok toen hij het script zag van het nooit opgevoerde toneelstuk In Moonlight Black Boys Look Blue van Tarell McCraney. De hoofdpersoon leek wel een kopie van hemzelf! Oók vroeger gepest, óók een verslaafde moeder, óók nergens een vader te bekennen, óók zwart, óók homo. Maar daarmee is Moonlight nog geen autobiografie of een sociaal-kritische documentaire. Het doet er gewoon niet toe. Als het niet het verhaal van Barry Jenkins is, dan is het wel het verhaal van het jongetje Little, of van diens oudere versie Chiron, of van zijn volwassen alter ego Black. Hij staat als een soort zwarte Elkerlyc voor álle vertrapten, kanslozen, achtergestelden, mishandelden, bespuwden, vernederden en genegeerden. In Miami, in Amerika, in de hele wereld. ‘Who is you?’ wordt op het eind van de film aan Black gevraagd. Toch niet de coole bling macho die hij dacht te zijn geworden. Er schemert zowaar iets blauws in het maanlicht.
Zie ook: Hijs de haydnvlag!
Geef een reactie