In Trouw vandaag het trieste verhaal over Leendert van Leeuwen, of eigenlijk over de afscheidsbrief die hij op 17 februari 1942 schreef aan zijn ouders, een uur voor hij in Dijon door de Duitsers werd geëxecuteerd wegens ‘hulp aan de vijand’. Met drie mede-mariniers wilde Van Leeuwen (op dat moment 21 jaar) via Frankrijk naar Zwitserland ontsnappen, om van daaruit naar Engeland te vluchten en deel te nemen aan de strijd in de Stille Oceaan. Vlak voor de Zwitserse grens werden ze gepakt. Bij een militair krijgsgericht kreeg het viertal de doodstraf. Het lukte Van Leeuwen om vlak voor zijn executie met potlood op lijntjespapier een afscheidsbrief aan zijn ouders te schrijven: “Lieve vader! Het valt mij zeer moeilijk om u deze brief te schrijven, maar ik moet u mede delen dat het krijgsgericht over ons een zeer zware straf heeft uitgesproken. Leest u dit eerst alleen en licht daarna moeder voorzichtig in.” De zeer religieuze Van Leeuwen sprak in zijn brief het vertrouwen uit dat het allemaal goed zou komen. “Straks om vijf uur zal het gebeuren en dat is niet erg. Het is tenslotte maar een moment en daarna zal ik bij God en bij Jezus in de hemel zijn. Nooit meer verdriet en moeite te hebben…” Hij sloot af met “Heb geen haat, ik sterf zonder haat.” De brief is later in Nederland vele malen overgeschreven en verspreid. Alleen het NIOD bezit al veertien kopieën. Wat bij al deze treurnis opvalt, is het prachtige handschrift van de brief, althans van het afschrift ervan dat bij het artikel is afgedrukt. Als er één ding in te brengen is tegen laptoponderwijs, dan is dat de onherroepelijke teloorgang van ons handschrift.
Johan Oude Engberink zegt
Toeval of niet, in die andere krant vandaag een artikel over Willem Kraan, Februaristaker in 1942 en stratenmaker. Ook hij werd geëexeuteerd. Ook hier de publicatie van een brief; zonder haat, maar met een oproep aan de familie om sterk te zijn. Misschien is het handschrift van Willem net iets minder geoefend dan dat van Leendert, maar niettemin nog zeer fraai en regelmatig. “Een verrader ben ik niet, ik val voor mijn ideaal, en ik hoop dat ik niet voor niets val.” Hier is een stratenmaker aan het woord.