Na een halve minuut, als de vader in een besneeuwd bos een reejong laat lopen en zijn jachtgeweer achter haar rug op zijn dochtertje richt, weet je al dat je niet met een doorsnee film te maken hebt. Het blijkt een flashback. Thelma, streng religieus opgevoed, is eerstejaarsstudent in Oslo. Ze zoekt een eigen leven, maar haar ouders zitten boven op haar en volgen elke stap die ze zet. Als Thelma een soort epileptische aanval krijgt, kiest ze ervoor die voor hen te verzwijgen. Net als haar verliefdheid op medestudente Anja. Ze heeft minder met haar moeder (afstandelijk, rolstoel) dan met haar vader (huisarts, beetje eng), aan wie ze in tranen toevertrouwt een paar glaasjes bier gedronken te hebben. Dan is er weer een aanval, en nog een. Telkens ingeluid door zwermen kraaien. Thelma heeft iets aparts, maar wat? Bij een jolig wedstrijdje ‘wie bedenkt de ergste vloek’ zegt ze ‘duivelse Jezus’. In extatische visioenen duikt steeds een slang op, die haar belaagt, maar in leven laat. Thelma (Noorwegen, 2017) is een film vol duistere symboliek, die heen en weer slingert tussen geloof en bijgeloof, realiteit en ongerijmdheid, vertedering en horror. Kijken! Al was het alleen maar vanwege de fantastische acteerprestatie van de hoofdrolspeelster.
Geef een reactie