Als je meteen na het bezoek aan de tentoonstelling Design van het Derde Rijk (Design Museum Den Bosch, tot en met 19 januari 2020) op een naburige cafétafel een bierviltje van Jupiler ziet liggen, kijk je toch even raar op. Dat zwart en dat rood, die gotische letters, die heldhaftige stier… Maar dat is met de blik en de kennis van nu. Op zich was er eigenlijk niet eens zoveel mis met de stilering van de nazipropaganda. OK, ze was opdringerig in haar overweldigende aanwezigheid. En echt fraai was het ook allemaal niet – de pompeuze architectuur, de intimiderende vaandels, de grimmige uniformen en die hoogdravende films van Leni Riefenstahl; al is dat allemaal ook wel weer een kwestie van smaak. Wat nazidesign zo luguber maakt, is natuurlijk alles wat er in de geest van dat strenge roodzwarte blazoen heeft plaatsgevonden. Een hakenkruis is ook maar een Oudgermaans symbool van energie en levenskracht. Tot het op de mouw van een kampbeul genaaid zit. Wat de tentoonstelling duidelijk maakt is ten eerste dat Hitler en de zijnen het geen enkel probleem vonden om schaamteloos allerlei uitingen van andere groeperingen, vooral de communisten te jatten. En ten tweede dat de nazi’s zeer geraffineerd gebruik gemaakt hebben van de moderne communicatiemiddelen van die tijd, zoals de goedkope Kraft Durch Freude-radio, die zo was afgesteld dat de Duitse burgers uitsluitend regeringsgezinde zenders konden ontvangen, en de nieuwe microfoon- en luidsprekertechnologie, die het mogelijk maakte tienduizenden toehoorders tegelijk toe te schreeuwen en op te jutten. Design Museum Den Bosch verdient een groot compliment, want niet alleen getuigt het van moed om zo’n beladen thema aan de orde te stellen; het is ook op een zeer verantwoorde manier ten uitvoer gebracht.
Geef een reactie