In 1975 viel de koning van Marokko het thuisland van de Saharanen binnen en verdreef de meerderheid van de bevolking.
Tegenwoordig is de Westelijke Sahara de laatste kolonie in Afrika.
Marokko ontzegt haar het recht haar eigen toekomst te bepalen, en geeft op die manier toe dat het een land heeft gestolen en niet van plan is het terug te geven.
De Saharanen, “kinderen van de wolken”, regenjagers, hebben een levenslange straf gekregen van constante doodsangst en eeuwig heimwee. In de woestijn is onafhankelijkheid lastiger te vinden dan water.
Duizend-en-één-keer hebben de Verenigde Naties zich uitgesproken tegen de Israelische bezetting van het Palestijnse thuisland.
In 1948 leidde de stichting van de staat Israel tot de verdrijving van 800 duizend mensen. De Palestijnen namen de sleutels van hun huizen mee, zoals de Joden die eeuwen eerder Spanje uit waren gegooid. De Joden konden nooit meer terug naar Spanje. De Palestijnen konden nooit meer terug naar Palestina.
Zij die achterbleven werden veroordeeld tot een leven vol vernedering, in territoria waar aan een stuk door, elke dag weer op meedogenloze manier wat van af wordt geknabbeld.
De Palestijnse Susan Abdallah weet wat het recept is om iemand terrorist te maken:
Ontzeg hem voedsel en water.
Omring zijn huis met oorlogstuig.
Val hem aan op allerlei manieren en op allerlei momenten, vooral ’s nachts.
Sloop zijn huis, verwoest zijn akkers, vermoord zijn dierbaren.
Proficiat: u hebt een leger van zelfmoordterroristen voortgebracht.
Vertaald uit: Eduardo Galeano, Mirrors: Stories of Almost Everyone
Zie ook: Oorlog liegt
Geef een reactie