‘I’ve got a ways to go’ zingt Sam Outlaw op zijn nieuwe album Terra Cotta. Ik kan alle kanten op met mijn muziek, lijkt hij te willen zeggen, maakt me niet uit, ‘takin’ it nice and slow’. En zo is het. Na zijn vooral op country georiënteerde eerste twee platen Angeleno (2015) en Tender Heart (2017) nam hij met Popular Mechanics (2017) een niet door iedereen gewaardeerde afslag naar de popmuziek – vreemd genoeg juist nadat hij van Californië verhuisd was naar Nashville. Terra Cotta is van alles wat, zou je kunnen zeggen, maar dat klinkt alsof het een bij elkaar geraapt zootje is, en niets is minder waar. Outlaw laat horen dat hij op vele markten thuis is en zijn prachtige stem garandeert dat elk nummer wel degelijk en onmiskenbaar Sam Outlaw is. Of hij nou diep de country induikt in Pretty Good Singer, Ways To Go en Heart And Soul; de klassieke countryrock opzoekt in Figure It Out en Someone Quite Like You of zich aan de stevig aangezette alternatieve rock waagt in het slotnummer I’ll Be Damned. Het openingsliedje Pretty Good Singer gaat over het dagelijks werk van de talloze ambachtelijke singersongwriters in Nashville. Terra Cotta bewijst dat Sam Outlaw veel verder durft te gaan dan het produceren en reproduceren van risicoloze mainstream altcountry.
(Deze recensie verscheen eerder op altcountry.nl)
Zie ook: Nu al het mooiste liedje van 2016 en Altijd blut
Geef een reactie