Lang na Titaantjes bracht Nescio nog Boven het dal uit, als een soort literair testament. Een van de erfstukken is Pleziertrein. Nescio, die toen nog Frits Grönloh heette, was veertien, toen de pleziertrein naar Nijmegen reed. “Lang nadat die dag niet meer komen moest, hingen hier en daar nog die blauwe biljetten. De zoete, pijnlijke, onbegrepen weemoed dat ‘t voorbij was…”