Ik had nachtdienst, van twaalf tot zonsopkomst, de ‘kerkhofploeg’, zoals we dat noemen. Het maanlicht was helder genoeg om de brief te kunnen lezen die een oude vriend mij had gestuurd. Hij schreef: “Gisteren zag ik Jenny. Getrouwd, de zaakjes voor elkaar. Jij hebt de boot gemist. Ze vroeg: waarom doet hij dat werk in godsnaam, dat geklooi met die koeien, voor een appel en een ei. Hij schiet er niks mee en hij zet zijn erfenis op het spel. Is hij gek geworden of zo?”
Maar [Lees meer…]